Damast op de achtergrond

Het achterdoek met floraal granaatappel in rozet motief is van prachtig blauw zijden damast, een wijze van weven waarbij een tekening in dezelfde kleur wordt aangebracht.

Blauw damast

Damast wordt uit één soort garen (oorspronkelijk zijde) vervaardigd in een effen kleur. Door de verschillen in lichtweerkaatsing van de ketting en inslagdraden zijn de patronen toch duidelijk te zien. Damast verdient voor de moderne mens enige uitleg. Tegenwoordig wordt damast  met vele andere materialen geweven. Tafeldamast bijvoorbeeld is meestal van linnen of katoen. Ook worden damast en satijn nogal eens met elkaar verward.

Satijn is een basis weeftechniek waarbij de garens heel dicht op elkaar geweven kunnen worden waardoor een soepele stof ontstaat. Deze techniek is in de 14e eeuw ontstaan en werd oorspronkelijk op zijde toegepast en tegenwoordig op allerlei materialen. Zo kan damast wel satijn zijn maar hoeft satijn geen damast te zijn.
Om het verhaal te completeren wijs ik op nog een verwarring  namelijk brokaat.

Brokaat is van oorprong ook een zijden stof waarin met goud of zilverdraad een patroon wordt ingeweven, waardoor extra kostbare stoffen ontstaan.

Een stap verder in het werken met zijdetechnieken  spreken we van zijdefluweel.

Fluweel en velours (met de beroemde variant ‘blue velvet’)  zijn van oorsprong ook van zijde gemaakt waarbij tijdens het weven de rechtopstaande pluizen met de kettingdraden zijn meegeweven. Patronen die we van de damast kennen worden daarbij overgenomen of verder ontwikkeld. Zo gauw patronen met zilver en gouddraden worden toegepast ontstaan zeer dure exclusieve stoffen.

Lucchese zijde en het Nijmeegs Antependium

Het damast en de kwaliteit zijde van het Nijmeegs Antependium heet Lucchese zijde naar de plaats Lucca in Italie. Lucca was in de ME al vroeg het centrum van het met zijde damast weven. In Genua, Florence en Venetië werd vervolgens ook prachtig damast gemaakt. Via Sicilië of Pisa kwam de ruwe zijde uit China en werd door de ambachtslieden van Lucchese families in diverse steden tot prachtige stoffen verwerkt. Die zijden stoffen werden over heel Europa door een exclusief aantal merendeels Lucchese handelshuizen verhandeld.

Bekend is de handelsroute met Duitsland (Zie: Anna Muthesius) hetgeen er op kan wijzen dat de stof via Keulen in Nijmegen is gekomen. Een andere mogelijkheid blijft Brugge, zoals eerder verondersteld vanwege de Hanze. Voor Keulen kan een argument zijn dat de stijl van het gehele Antependium binnen de Rijngotiek valt. Een ander argument kan het patroon zijn dat we deels herkennen van de paramenten uit Keulen en omgeving. Ook waren er hechte handelsrelaties tussen Nijmegen en Keulen.

Het is de verdienste van Ben Stadelmaier dat we meer weten van patroon en jaartal. Bij restauraties is het achterdoek nogal verknipt. (zie foto) Door het rapport te tellen en vervolgens in ‘stalenboeken’ te kijken konden vergelijkbare oorspronkelijke stoffen worden herkend. Onder inspiratie daarvan is nieuwe zijde geweven voor de remake.

Blauw damast was bijzonder duur

Het schilderij van Rolin met Maria (1434) door Jan van Eijck etaleert overduidelijk middels het schilderen van het blauw damasten gewaad een bijzondere (rijke) persoon.
Op het schilderij van de familie Arnolfini (1431) die zelf uit Lucca kwam draagt zijn vrouw een damasten onderkleed, geraffineerd geschilderd door Jan van Eijck.